Amsterdam vreest wietpas

De door het kabinet gewenste wietpas brengt forse schade toe aan de Amsterdamse economie, vreest de toeristische branche in de hoofdstad.
De ondernemersvereniging van de Amsterdamse binnenstad stelt dat het verbieden van de toegang tot coffeeshops aan buitenlanders de stad jaarlijks vele tientallen miljoenen inkomsten kost. Dan gaat het niet alleen om de gekochte wiet, maar vooral om de andere uitgaven van toeristen.
In het regeerakkoord staat dat coffeeshops besloten clubs moeten worden, waar alleen Nederlanders lid van kunnen worden. Het plan is bedacht in de grensstreek, waar veel overlast is van drugstoeristen die hasj en wiet komen afhalen. Maar Amsterdam kan er hard door worden getroffen.
Amsterdam telt jaarlijks een kleine 9 miljoen hotelovernachtingen van ongeveer 4,5 miljoen toeristen. Daarvan bezoekt ongeveer een kwart de coffeeshops. "Stel dat dit vooral backpackers zijn, dan gaat het om ruim een miljoen mensen, die per dag ongeveer veertig euro aan logies, eten en drinken uitgeven", rekent voorzitter Guus Bakker van Amsterdam City voor.
Maar het zijn niet alleen backpackers: de gemiddelde toerist blijft twee nachten en geeft meer dan 100 euro per dag uit. De toeristische industrie in Amsterdam zet jaarlijks 5 miljard om. Dat zal fiks minder worden als het kabinetsvoornemen werkelijkheid wordt, vreest ook het Amsterdams toerismebureau ATCB. Uit onderzoek van dat bureau blijkt dat voor 7 procent van de bezoekers het ongehinderd kunnen roken van een joint een belangrijke reden is om naar Amsterdam te komen.
Informatie van: